Fazant                                                      

In Roemenië bestaan een aantal belangrijke ondersoorten van de fazant, waaronder de gewone fazant. Het is een polygame soort.

Het mannetje heeft een gouden verenpracht met veren gestreept met zwart, geel of grijs. De kop is blauw met groene en paarse tinten. Het mannetje heeft een heldere kleur en draagt een heel lange staart. Het wijfje heeft een lijf bedekt met geel-bruine veren met donkere spikkels en donkergrijze nuances in het gebied rond de kop, de hals en delen langs de buik. Ze voeden zich met zaden en met enkele soorten insecten.

Het wijfje legt tussen de 9 en 15 eieren in een groene of olijfbruine kleur in de periode april t/m junie. De eieren worden uitsluitend door het wijfje uitgebroed, op een goed verwarmde bodem en duurt 24 dagen. Het mannetje bemoeit zich op geen enkele wijze met het opgroeien van de kuikens.


Overdag verblijven ze op het veld tussen de gewassen of hoog gras, 's-nachts trekken zij zich terug in het bos, verscholen onder de bomen.